Ruim twee jaar geleden gunden Noord-Brabant en Limburg een aanbesteding voor de ontwikkeling van hun laadnetwerk aan Vattenfall InCharge, met als doel om in vier jaar tijd 8.000 laadpunten te realiseren.
Van de in de afgelopen twee jaar 4.000 geplaatste publieke laadpunten zijn er zo’n 1.800 proactief geplaatst. Dat betekent dat laadpunten worden geïnstalleerd op basis van de verwachte vraag. Dat gebeurt aan de hand van een slim datamodel dat per gemeente de laadbehoefte voorspelt binnen een bepaald gebied. Denk hierbij aan de verkoopcijfers van elektrische auto’s en veranderingen in het aantal inwoners. Zo wordt, in overleg met de betrokken gemeenten en de netbeheerder, een behoeftevoorspellend plan gemaakt voor het efficiënt en snel plaatsen van laadpalen.
Proactief plaatsen wordt steeds belangrijker omdat het aantal elektrisch rijders exponentieel toeneemt. Tegelijkertijd hebben we te maken met een tekort aan installateurs en schaarste op het elektriciteitsnet. Het wordt daarom steeds belangrijker om van tevoren goed in te kunnen schatten waar laadpalen bijgeplaatst moeten worden, omdat we zo het meest efficiënt gebruik kunnen maken van de beperkte mankracht en middelen. Vattenfall InCharge is de eerste die het proactief plaatsen van laadpalen op zo’n grote schaal uitrolt in Nederland.
Naast het proactief plaatsen van laadpalen, verzorgt Vattenfall InCharge in Noord-Brabant en Limburg ook laadpalen op aanvraag. Dat werkt zo: een bewoner koopt of leaset een elektrische auto en heeft geen eigen oprit. Dan kan deze persoon een laadpaal in de buurt aanvragen als daar nog geen laadpaal staat, of als deze drukbezet is.