4. Beheer en monitoren van de Laadpaal
4.1 De diensten in dit hoofdstuk vormen een verplicht serviceonderdeel van Vattenfall InCharge om de in deze algemene voorwaarden beschreven services te kunnen bieden. De (maandelijkse) kosten daarvoor zijn gespecificeerd in de offerte- of contract(bevestiging).
4.2 Tijdens de Overeenkomst is Vattenfall InCharge de enige laadpaalbeheerder. Dit betekent dat het opladen aan de Laadpaal en het beheren van de Laadpaal gebeurt via de diensten van Vattenfall InCharge.
4.3 De Laadpaaleigenaar mag de EV-rijder voor het laden van het voertuig geen andere kosten in rekening brengen dan de kosten die Vattenfall InCharge rekent voor de dienstverlening.
4.4 EV-rijders kunnen een Laadsessie starten en stoppen met een identificatiemiddel van Vattenfall InCharge. Maar ook met een ander door Vattenfall InCharge goedgekeurd identificatiemiddel van een Roamingpartner. De EV-rijder is verantwoordelijk voor het hebben van een goedgekeurd en werkend identificatiemiddel.
4.5 De Laadpalen die worden beheerd door Vattenfall InCharge zijn standaard beschikbaar voor alle goedgekeurde identificatiemiddelen van Vattenfall InCharge of haar Roamingpartners. De Laadpaal wordt standaard niet zichtbaar gemaakt in de Vattenfall InCharge app of andere aan Vattenfall InCharge verbonden apps.
4.6 Vattenfall InCharge houdt een bestand met Laadhistorie bij waarin alle Laadsessies staan die met een identificatiemiddel bij een bepaalde Laadpaal door de EV-rijder zijn gestart. De Laadhistorie bestaat uit informatie over de laadtijd, plaats, duur, kosten en het energiegebruik.
4.7 De Laadpaaleigenaar krijgt toegang tot de online omgeving My InCharge. Hierin staat bijvoorbeeld informatie over de operationele status en de locatie en Laadhistorie van de Laadpalen (start- en eindtijd, laadtijd en gebruik in kWh). De Laadpaaleigenaar kan de Laadhistorie ook downloaden als CSV- of Excel-bestand. Voor toegang tot de My InCharge Portal geldt het volgende:
4.7.1 De Laadpaaleigenaar is verantwoordelijk voor het doorgeven van de juiste contactinformatie over de persoon die de My InCharge Portal moet beheren. Als de beheerder gewijzigd moet worden, dient de Laadpaaleigenaar dit te laten weten aan Vattenfall InCharge en actuele contactgegevens aan te leveren.
4.7.2. De Laadpaaleigenaar moet ervoor zorgen dat de My InCharge Portal niet gebruikt of beheerd kan worden door onbevoegde personen.
4.7.3. Als er onjuiste informatie is doorgegeven via de My InCharge Portal en er daardoor fouten ontstaan, dan is de Laadpaaleigenaar daar verantwoordelijk voor.
4.7.4 Vattenfall InCharge kan in de toekomst buiten deze Overeenkomst om nieuwe functionaliteiten toevoegen aan de My InCharge Portal, zonder de Laadpaaleigenaar daar automatisch toegang toe te geven. Daarnaast heeft Vattenfall InCharge, met goedkeuring van de Laadpaaleigenaar, het recht om voor de aanvullende functionaliteiten extra kosten voor het InCharge Smart abonnement in rekening te brengen.
4.8 Onderdeel van de dienstverlening van het InCharge Smart abonnement is toegang tot de Vattenfall InCharge klantenservice. Hieronder valt het oplossen van problemen en bieden van ondersteuning voor de Laadpaaleigenaar. Maar ook het beantwoorden van vragen die te maken hebben met diensten die we aanbieden binnen het InCharge Smart abonnement en bijbehorende administratie. Bij storingen is de klantenservice 24/7 beschikbaar voor hulp op afstand via. 088 363 7991. Voor andere vragen zijn de medewerkers op werkdagen telefonisch (088 363 7991) of via de mail bereikbaar tussen 8.00 en 20.00 uur.
4.8.1 Vattenfall InCharge heeft het recht in noodsituaties direct te handelen, zonder vooraf contact op te nemen met de Laadpaaleigenaar, zoals het op non-actief stellen van een Laadpaal.
4.8.2 Vattenfall InCharge heeft het recht de Laadpaal op elk gewenst moment op afstand te herstarten als mogelijke oplossing voor een gevonden probleem.
4.8.3 Als de Laadpaal een defect heeft, kan dit door de Laadpaaleigenaar worden doorgegeven aan Vattenfall InCharge. Indien blijkt dat het defect niet te maken heeft met de verbinding tussen de Laadpaal en het Vattenfall InCharge Platform kan Vattenfall InCharge de Laadpaaleigenaar kosten in rekening brengen voor de tijd die is besteed aan het onderzoeken van het defect. Indien de Laadpaal niet door Vattenfall InCharge is geleverd dient de Laadpaaleigenaar contact op te nemen met leverancier van de Laadpaal om het probleem te laten oplossen.
5. Toegang tot de Laadpaal
5.1 Toegang tot de Laadpaal zoals bedoeld in dit artikel 5 is een optie die uitdrukkelijk afgesproken moet worden en alleen geldt als dit is opgenomen in de offerte- of contract(bevestiging).
5.2 Met toegang tot de Laadpaal als extra optie krijgt de Laadpaaleigenaar naast de standaardinstellingen zoals vermeld in artikel 4 ook de mogelijkheid om zelf de toegang tot de Laadpaal te verlenen.
5.3 De Laadpaaleigenaar kan ervoor kiezen de Laadpalen zichtbaar te maken in de Vattenfall InCharge app. Maar ook in andere apps met kaartfunctionaliteiten die beschikbaar worden gesteld door Vattenfall InCharge of derde partijen.
5.3.1 Het zichtbaar maken van een Laadpaal kan niet worden gecombineerd met het beperken van toegang tot de Laadpalen zoals beschreven in artikel 5.4.
5.3.2 Als de Laadpaaleigenaar besluit de Laadpalen zichtbaar te maken, worden de details gepubliceerd in de Vattenfall InCharge app. Denk aan locatie, het aantal laadpunten en het tarief. Vattenfall InCharge deelt deze details met alle samenwerkingspartners met een soortgelijke app. Deze partijen zijn onder andere Roamingpartners en locatie-aggregators.
5.3.3 De Laadpaaleigenaar heeft het recht de locatie en andere data over de Laadpalen openbaar te maken op de eigen website en in eigen documenten.
5.3.4 Een voorwaarde voor het zichtbaar maken van Laadpalen in de Vattenfall InCharge app door de Laadpaaleigenaar is dat de Laadpaaleigenaar in dat geval EV-rijders ook toegang geeft tot het eigen terrein waarop deze Laadpalen zich bevinden. Zo kunnen zij de Laadpalen gebruiken.
5.4 De Laadpaaleigenaar kan ervoor kiezen alleen toegang tot de Laadpalen te geven aan identificatiemiddelen die in de My InCharge Portal zijn toegevoegd aan de whitelist.
5.4.1 Het beperken van toegang tot de Laadpalen kan niet worden gecombineerd met het zichtbaar maken van de Laadpalen zoals beschreven in artikel 5.3.
5.4.2 De Laadpaaleigenaar kan ervoor kiezen de toegang tot de Laadpalen te beperken. In dat geval kunnen alleen identificatiemiddelen die door de Laadpaaleigenaar zijn toegevoegd aan de whitelist in de My InCharge Portal een laadsessie starten.
5.4.3 De Laadpaaleigenaar is verantwoordelijk voor het bijhouden van de authorisatielijst in de My InCharge Portal waar de identificatiemiddelen met toegang worden beheerd.
5.4.4 Vattenfall InCharge is niet verantwoordelijk voor onjuist ingevoerde identificatiemiddelen.
5.4.5 Vattenfall InCharge heeft het recht om op verzoek van EV-rijders te controleren of zij met hun identificatiemiddel kunnen laden aan de Laadpaal.